Bentvueghels

Tekening van Bentveughels. Van links naar rechts Joost uit Den Haag alias Schotsen trommel, Cornelis (Poelenburgh) van Utrecht alias Satier, Wouter (Crabeth) van der Gou alias Almanack, Tyman (Cracht) van den Emster alias Botterkul en Peter van Leiden alias Ram. Begin 17de eeuw, Prentenkabinet Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam.
Inwijding van een Bentveughel te Rome (1660)
De bendvogels (Bentvueghels) door Cornelis de Bruijn (1776)

De Bentvueghels (ook Bentvuegels of Bentvogels) was een soort broederschap van voornamelijk Noord- en Zuid-Nederlandse kunstenaars in Rome. Bij de Bentvueghels waren kunstschilders, tekenaars, graveurs, beeldhouwers, edelsmeden en ook dichters aangesloten. De Bent werd tussen 1620 en 1627 opgericht en heeft tot circa 1720 bestaan[1]. In de circa honderd jaar dat de broederschap bestond zijn er ongeveer 480 leden geweest.[2]

Oprichting en doel

[bewerken | brontekst bewerken]

Vanaf de 16e eeuw trokken steeds vaker Nederlandse kunstenaars naar Italië om de daar aanwezige kunste te bestuderen in het kader van hun opleiding. Als hoogtepunt gold hierbij een bezoek aan Rome, waar deze jongelingen uiteindelijk regelmatig meerdere jaren verbleven, veelal in de omgeving van parochies als Santa Maria del Popolo en San Lorenzo in Lucina in het noorden van de stad.

In Rome zochten deze aangekomen jonge kunstenaars uit de Nederlanden doorgaans het gezelschap op van de daar al aanwezige kunstenaars uit diezelfde contreien. Tot begin 17e eeuw gebeurde dit vaak in de herberg In de Witte Valck in de Borgo nabij het Vaticaan, waar Nederlandse kunstenaars onder meer gezamenlijk Sinterklaas vierden. Een andere ontmoetingsplek was de winkel van de Delftse apotheker Hendrik de Raeff (Henricus Corvinus), die in 1590 in Rome was aangekomen. De Raeff stuitte in 1591 op de Catacomben van Domitilla, die hij vervolgens regelmatig frequenteerde met andere Nederlandse kunstenaars. Bij deze afdalingen lieten zij dikwijls hun namen achter op de muren van de catacomben, en vierden zij hun uitstapjes met eet- en drankgelagen. Nadat De Raeff in 1603 trouwde met de dochter van de schilder Frans van den Kasteele werd zijn band met het kunstenaarswereldje in Rome versterkt en ontving hij Nederlandse kunstenaars steeds vaker bij zich thuis. Uit dit gebruik is geleidelijk aan de broederschap van de Bentvogels ontstaan.

Het genootschap kende geen officiële oprichtingsdatum, maar wel werd er in april 1623 een stichtingsfeest gevierd. Ook kenden de Bentvogels geen statuten, programma of andere officiële documenten. De broederschap kende met name een sociale functie, als ontmoetingsplaats voor gelijkgestemde kunstenaars uit de Nederlanden. Dit deden zij vooral tijdens feesten, zoals bij inwijdingsrituelen van nieuwe leden. Daarnaast diende het genootschap als belangenbehartigersvereniging wanneer er conflicten waren met bijvoorbeeld de Accademia di San Luca of de lokale autoriteiten.

Inwijdingsritueel

[bewerken | brontekst bewerken]

Om lid te kunnen worden van de Bentvueghels moest men een inwijdingsritueel ondergaan, in de aanwezigheid van ten minste zeven leden. Hierbij vormden de aanwezige leden een tableau vivant, waarbij een van de leden de rol van de god van de wijn (Bacchus) op zich nam. Tijdens de ceremonie werd aan het nieuwe lid door de "veldpaap" de regels van de kunst medegedeeld, en werd een bijnaam (Bentnaam) aan hem toegekend. Deze naam verwees vaak naar een opvallende eigenschap of karaktertrek van het lid. Het nieuwe lid moest de bijnaam accepteren. Bekend is het verhaal van Johannes Teiler die ontevreden was met de bijnaam "Ezel". Op zijn kosten werd een tweede ceremonie gehouden om vervolgens als nieuwe bijnaam "De Gouden Ezel" te krijgen.

Na het tableau vivant vond het banket plaats waarbij de wijn rijkelijk vloeide. Dit alles op kosten van het nieuwe lid. Op een anonieme tekening in het Museum Boijmans Van Beuningen in Rotterdam is een aantal van de Bentvueghels met hun bijnaam vastgelegd. De gewoonte om gezamenlijk de wijn aan te spreken komt op deze tekeningen duidelijk naar voren. Zeker vanaf 1650 waren de Bentvuegels berucht om deze drinkgelagen.

Als slot van het ritueel liepen de Bentvueghels gezamenlijk de stad uit naar de Santa Constanza. De aanwezigheid van de sarcofaag van Constantina in dit mausoleum, waarop afbeeldingen stonden van wijnproductie, maakten in combinatie met andere gebouwversierselen als druivenranken dat de Bentvogels dachten dat de Santa Costanza oospronkelijk een tempel voor Bacchus was, de wijngod. Zij kwamen daarom als afsluiting van de doop van een nieuw lid hier een wijnoffer brengen. In de nissen van de Santa Constanza krasten de Bentvogels hun namen op de wanden. Vele gekraste namen zijn tot op de dag van vandaag te zien, wat van waarde is om te weten welke kunstenaars lid waren van het genootschap.

In het boek Reizen van Cornelis de Bruyn door de vermaardste deelen van Klein Asia is een uitgebreide omschrijving opgenomen van zijn "inauguratie bij de bendvogels" welke plaatsvond in het schrikeljaar 1676. De Bruyn gaf daarbij aan dat enkel leden werden toegelaten die de "Hoog- of Nederduitsche taal" spraken, maar dat zij onderling Rafaël als hun oprichter zagen.

Om alle losbandige feesten in Rome, inclusief die van de Bentvogels, uit te bannen verbood paus Clemens XI in 1720 alle braspartijen die zonder toestemming van de overheid gehouden werden. Tegen die tijd waren eerder bestaande spanningen tussen de Bentvogels en de Accademia di San Luca verminderd. Het nut van de broederschap als ontmoetingsplaats voor kunstenaars was daarmee verdwenen. Doordat met het decreet van Clemens de bacchanalen eveneens niet meer mogelijk waren, stierf de Bentvogel-broederschap hierna vrij snel een stille dood.

Een aantal leden van de Bentvueghels en hun aliassen
Naam Alias Bijzonderheden
Willem van Aelst Vogelverschrikker
Bartholomeus Appelman Hector
Simon Ardé Tovenaer
Jan Asselijn Krabbetje
Dirck van Baburen Biervlieg
Jacobus de Baen Gladiator
David Beck Gulden Scepter
Jan van Bijlert Aeneas
Cornelis Bloemaert Winter
Jan Frans van Bloemen Orizonte
Norbert van Bloemen Cefalus
Pieter van Bloemen Standaard
Jacobus Blondeau Weyman Lid in 1668
Gregorius Bodelot Goudgeld Lid in 1668
Jan Boeckhorst Lange Jan
Pieter Bolckman Roeper Werd lid in 1668
Paulus Bor Orlando
Francis van Bossuit Waarnemer
Andries Both Onbekend
Jan Both Onbekend
Valentin de Boulogne Innamorato
Leonard Bramer Nestelghat
Bartholomeus Breenbergh Het Fret
Abraham Brueghel Ryngraaf
Jan Baptist Brueghel Meleager
Cornelis de Bruijn Adonis
Jan van Bunnick Keteltrom
Joost Campen Stokkade
Louis Cousin Gentiel
Wouter Crabeth Almanack
Tyman Arentsz Cracht Botterkul
Ignatius Croon Goudtvinck
Jan Daval[3] Doublet Lid in 1668
Arnoldus Doudelet Smiltkroes Lid in 1668
Willem Doudijns Diomedes
Karel Dujardin Bockbaert
Robbert Duval La Fortune
Jan van Essen Santruyter
Pieter Frits[4] Welgemoet[noot 1]
Wybrand de Geest De Friesche Adelaar
Abraham Genoels Archimedes
Pieter Anthonisz. van Groenewegen Leeuw
Reynier van Heuckelom Wolf
Jacob de Heusch Afdruk of Copia
Willem de Heusch Onbekend
Adriaen Honich Lossenbruy
Samuel van Hoogstraten Batavier
Pieter van der Hulst Zonnebloem
Joost uit Den Haag Schotsen Trommel
Willem van Ingen Den Eersten
Adriaen van der Kabel Geestigheid
Gerard van Kuijl Stijgbeugel
Pieter van Laer Il Bamboccio en Snuffelaer
Laurens van der Leen Gelt Genoeg Lid in 1668
Jacob Leyssens Notenkraker
Jan Linsen Hermafrodito
Hendrik Frans van Lint Studie
Johann Liss Pan
Claude Lorrain Orrizzonte
Lambertus Lowis Olifant
Jan Miel Honingh-Bie
François Moens De Vlucht
Willem Molijn Steekruijter
Hendrick Mommers Slempop
Isaac de Moucheron Ordenantie
Pieter Mulier de Jonge Tempeest
Franciscus de Neve (II) Bloosaerken
Jan van Olie Santrieter (Zandrijder) Lid in 1668
Reinier van Persijn Narcissis
Cornelis van Poelenburgh Satyr Wordt in 1617 lid
Christoffel Puytlinck Trechter
Willem Schellinks Spits
Johann Heinrich Schönfeld Triangel
Otto Marseus van Schrieck Snuffelaer
Theodoor van der Schuer Vrientschap
Hendrik Smidts Getrouwe Herder Lid in 1668
Jacob van Staverden IJver
Herman van Swanevelt Heremyt
Johannes Teiler Speculatie (eerder Ezel en Gouden Ezel)[5]
Augustinus Terwesten Patrijsvogel
Robbert Duval La Fortune
Johannes de Veer Paradijsmeester Lid in 1668
Pieter Verbruggen (II) Ballon
Jan Baptist Weenix Ratel
Carel de Vogelaer Distelbloem
Michiel van der Voort Welgemaeckt
Erasmus Voss Chiron
Dominicus van Wijnen Ascanius
Theodoor Wilkens Goedewil
Matthias Withoos Calzetta bianca
Gaspar de Witte Grondel
Casper van Wittel Toorts
Pieter de Zeelander Kaper
Johan Zierneels Lelie
  • Liesbeth Helmus, De Bentvueghels. De bewogen opkomst en ondergang van een Nederlands kunstgenootschap in Rome, 2023. ISBN 9789000366576
  • Miriam Kolk, 'Eeuwige handtekeningen. De namen van de Bentvueghels in de Santa Costanza', Roma Aeterna 5.II (2017) 76-81.