Caypullisaurus

Caypullisaurus
Status: Uitgestorven
Fossiel voorkomen: Boven-Jura tot Onder-Krijt
Caypullisaurus
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Reptilia (Reptielen)
Onderklasse:Diapsida
Orde:Ichthyosauria
Familie:Ophthalmosauridae
Geslacht
Caypullisaurus
Fernández, 1997
Typesoort
Caypullisaurus bonapartei
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Herpetologie

Caypullisaurus[1][2] is een geslacht van uitgestorven zeereptielen dat tijdens de late Jura leefde in het gebied van het huidige Argentinië.

Het was een vrij grote ichthyosauriër van ongeveer vier tot zes meter lang. Net als andere ichthyosauriërs had hij lange kaken en leek op een dolfijn. Toch verschilt Caypullisaurus van dolfijnen in verscheidene opzichten. Zo had Caypullisaurus bijvoorbeeld nog kleine achterflippers en stond de staartvin bij Caypullisaurus verticaal in plaats van horizontaal bij een dolfijn. De staartpunt van Caypullisaurus wees iets omlaag. Aan de bovenkant van de staart kon zich zo een mooie staartvin vormen. Dit treft men ook aan bij zeekrokodillen uit dezelfde tijd als Dakosaurus, die misschien op Caypullisaurus gejaagd hebben (zie afbeelding). De tanden laten zien dat Caypullisaurus een viseter was. Binnen de Ophthalmosauridae was hij nauw verwant aan Brachypterygius en Platypterygius. Caypullisaurus leefde in Zuid-Amerika in het Boven-Jura tot Onder-Krijt samen met de metriorhynchide Dakosaurus, de zeeschildpad Santanachelys en de pliosauriër Kronosaurus.

Het fossiel werd in 1990 nog toegekend aan een Platypterygius sp. en in 1997 aan een Ophthalmosaurus sp. Datzelfde jaar kwam men na aanvullende vondsten tot de conclusie dat het een apart geslacht waard was.

De typesoort Caypullisaurus bonapartei werd in 1997 benoemd door Marta Fernández. De geslachtsnaam is afgeleid van Caypulli, "geest van Cay", de god van de zee bij de Arauca. De soortaanduiding eert José Fernando Bonaparte.[3]

Het holotype MACN-N.-32 is bij Cerro Lotena gevonden in een laag van de Vaca Muerta-formatie die dateert uit het onderste Tithonien. Het bestaat uit het voorste deel van een skelet. Vier nieuwere vondsten vulden het typemateriaal op vele punten aan, vooral in de schedel.[4] In 1997 was Caypullisaurus de best bekende volwassen ichthyosauriër uit de Jura van Zuid-Amerika.

In 2007 werd het skelet opnieuw beschreven.

Catpulllisaurus is ongeveer zes meter lang, wat fors is voor een ichthyosauriër uit de late Jura. De grootste schedel, specimen MOZ 6139, heeft een lengte van 1515 millimeter.

In 2007 werden verschillende markante kenmerken vastgesteld die een onderscheid vormen met directe verwanten. Het raakvlak tussen de praemaxilla en het traanbeen is onder het neusgat breed. Het gedeelte van de schedel achter de oogkassen is niet gereduceerd. Het bovenkaaksbeen ligt zijwaarts op de schedelwand en strekt zich ver naar voren uit, tot vóór het neusgat. Het opperarmbeen heeft drie uiterste facetten, waarvan de voorste de kleinste is, articulerend met het extra preaxiale element[5] (het bijkomende "onderarmbeen" als nieuwvorming van een reeks beenschijfjes die de vin ondersteunen), en uitlopend in twee vingers (weer in de vorm van reeksen schijfjes). Tussen het ulnare en radiale (van de niet-functionele "pols") ligt een groot intermedium dat echter niet tussen het spaakbeen en de ellepijp reikt. De distale rand van het spaakbeen is recht en loopt vrijwel evenwijdig aan de voorrand van het intermedium en de distale facetten van het opperarmbeen voor het spaakbeen. De vingerkootjes (in de vorm van reeksen schijfjes) zijn veelhoekig en zijn nauw op elkaar gepakt.

De schedel is lang en laag, met grote ogen zoals bij al zulke vormen uit de late Jura. De tandeloze keken lopen naar voren taps toe. De praemaxilla is opvallend robuust en hoog. Het prefrontale maakt minder dan de helft uit van de voorrand van de oogkas. Het squamosum raakt het postfrontale niet. Het darmbeen is even breed bovenaan als onderaan. Er zijn twee achterste extra "tenen" in de achterste vin.

In 1997 werd Caypullisaurus gezien als een zeer nauwe verwant van Platypterygius en Brachypterygius. In 2012 werd een nauwe verwantschap gevonden met Athabascasaurus en "Platypterygius" australis binnen de Platypterygiinae. In 2020 echter vond men het in een klade met Acuetzpalin carranzai en Platypterygius sachicarum zoals getoond in het onderstaande kladogram.

Ophthalmosauria

Ophthalmosaurinae 




Acamptonectes densus




Mollesaurus periallus




Ophthalmosaurus natans



Ophthalmosaurus icenicus










Gengasaurus nicosiai





Nannopterygius yasykovi




Nannopterygius enthekiodon



Nannopterygius saveljeviensis



Nannopterygius borealis







Arthropterygius volgensis




Arthropterygius lundi



Arthropterygius thalassonotus




Arthropterygius hoybergeti



Arthropterygius chrisorum










Platypterygiinae


Brachypterygius extremus



Aegirosaurus leptospondylus




Muiscasaurus catheti




Leninia stellans




Sveltonectes insolitus




Athabascasaurus bitumineus




Platypterygius americanus





Acuetzpalin carranzai



Platypterygius sachicarum



Caypullisaurus bonapartei







Grendelius mordax



Grendelius alekseevi



Grendelius pseudoscythicus



Grendelius zhuravlevi







Undorosaurus kielanae




Undorosaurus nessovi



Undorosaurus gorodischensis









Platypterygius australis




Plutoniosaurus bedengensis



Simbirskiasaurus birjukovi



Platypterygius hercynicus



Sisteronia seeleyi



Platypterygius platydactylus



Maiaspondylus lindoei















De grote ogen en spitse kaken wijzen erop dat Caypullisaurus op grotere diepte op inktvissen joeg.