Centrum (schaken)

8 rd nd bd qd kd bd nd rd
7 pd pd pd pd pd pd pd pd
6
5 xr xr
4 xr xr
3
2 pl pl pl pl pl pl pl pl
1 rl nl bl ql kl bl nl rl
a b c d e f g h
Het echte centrum

Het centrum is in het schaakspel de term voor het midden van het bord.

Dit bestaat eigenlijk uit twee gedeelten: het echte centrum en het uitgebreide of pionnencentrum. Het echte centrum omvat de vier middelste velden, te weten de velden e4, e5, d4 en d5. Het is voor een schaker van het grootste belang de controle over die velden te verkrijgen, niet alleen in de opening maar ook in het middenspel en zelfs in het eindspel. Hij heeft dan "het spel in handen" zoals dat heet. De beginzetten e2-e4 of d2-d4 zijn bedoeld om direct invloed op het echte centrum uit te oefenen, daarom worden die in de praktijk het meest gespeeld.

8 rd nd bd qd kd bd nd rd
7 pd pd pd pd pd pd pd pd
6 xr xr xr xr
5 xr xr xr xr
4 xr xr xr xr
3 xr xr xr xr
2 pl pl pl pl pl pl pl pl
1 rl nl bl ql kl bl nl rl
a b c d e f g h
Het uitgebreide centrum


De velden die rondom het echte centrum liggen, vormen het uitgebreide of pionnencentrum, dit omvat het basiscentrum met de velden die daarmee verbonden zijn, dus zestien in totaal. De spelers die met c4 of f4 openen proberen indirect de druk op het echte centrum te vergroten. De fianchettospelers, dus de schakers die met de b- of de g-pion openen, proberen, in plaats van het centrum te bezetten, het centrum te bestrijken.

8 rd nd qd kd nd rd
7 pd bd pd pd pd pd bd pd
6 pd xr xr pd
5 xr xr
4 xr xr
3 pl xr xr pl
2 pl bl pl pl pl pl bl pl
1 rl nl ql kl nl rl
a b c d e f g h
Bestrijken van het centrum door middel van fianchetteren