De Graeff (geslacht)

Cornelis de Graeff in 1636 door Nicolaes Eliasz. Pickenoy, in de Gemäldegalerie, Berlijn
Cornelis de Graeff en zijn familie[1] te Soestdijk. Het landschap wordt toegeschreven aan Jacob van Ruisdael en de portretten aan Thomas de Keyser, tussen 1656 en 1660 (National Gallery of Ireland)
De Handelsvrijheid van Gerard de Lairesse. Centrale voorstelling van de plafondschilderingen voor Herengracht 446, vervaardigd door De Lairesse in opdracht van de eigenaar Andries de Graeff.
Wapen De Graeff van Polsbroek als heren van Purmerland en Ilpendam (met de zilveren troffels en het helmteken met de struisvogelveren gekopieerd van het geslacht Von Graben von Stein)

De familie De Graeff (ook: De Graeff van Polsbroek) is een Amsterdamse regentengeslacht waarvan telgen sinds 1885 tot de Nederlandse adel van het Koninkrijk behoren.

De bewezen stamreeks begint met Jan Pietersz Graeff die in 1553 overleed en vanaf 1542 tot zijn overlijden raad van Amsterdam was; in 1543 was hij schepen van die stad.

De familie De Graeff was een van de weinige regentenfamilies, die zowel vóór als na de Alteratie van 1578 aan de regering van Amsterdam deelnamen. In de Gouden Eeuw vormde deze familie een vooraanstaand staatsgezind geslacht, dat samen met het verzwagerde geslacht Boelens Loen, Bicker, De Witt en Hooft een eeuw het bestuur over de stad Amsterdam en over het gewest Holland praktisch in handen hebben gehad en daardoor ook in de Republiek der Verenigde Nederlanden een belangrijke vinger in de pap hebben gehad.[2]

De familie was dan ook een van de rijkste geslachten van het gewest Holland. In 1610 kocht Jacob Dircksz de Graeff van Karel van Arenberg de hoge heerlijkheid Zuid-Polsbroek.

Samen met de families Bicker en De Witt streefde de familie De Graeff naar de volledige soevereiniteit van de republikeinse regenten, en voor de afschaffing van de stadhouderschap van het Huis van Oranje.[3] Cornelis de Graeff steunde het sluiten van het verdrag van de Vrede van Münster, samen met Jacob de Witt en diverse leden van de familie Bicker - de zogenaamde Bickerse ligue. Tot hun politieke tegenstanders behoorden de stadhouders uit het huis van Oranje-Nassau en de Amsterdamse regentengeslachten Pauw (hier vooral Reinier Pauw),[2] Schaep en Valckenier. In het rampjaar 1672 was de strijd tussen de staatsgezinde en de prinsgezinde partij op het hoogtepunt; diverse staatsgezinde regenten verlieten de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden. De familie De Graeff probeerde vrede te sluiten met de prinsgezinden, maar werd door Willem III van Oranje uit de regering verwijderd[4] Jacob de Graeff verkocht het huis Soestdijk aan stadhouder Willem III van Oranje in 1674 voor 18.755 gulden.[5]

Jacob zegent de zonen van Jozef,[6] geschilderd door Rembrandt van Rijn (1656), Schloss Wilhelmshöhe, Kassel

Verschillende leden van dit geslacht werden door Joost van den Vondel, Jan Vos, Barlaeus en Gerard Brandt bezongen. Vondel meende het geslacht De Graeff niet beter te kunnen huldigen dan door het samenstellen van een boekje: Afbeeldingen der stamheeren en zommige telgen van de Graven, Boelensen, Bickeren en Witsens, toegewyt den edelen en gestrengen Heere Andries de Graeff, enz. met hunne portretten.[7]

De familie De Graeff trad voorts op als beschermheer van verschillende beeldend kunstenaars zoals Govert Flinck, Nicolaes Eliasz. Pickenoy, Jan Lievens, Jacob Jordaens, Rembrandt, Jurriaen Ovens, Gerard Terborch en Jacob van Ruisdael. Toen Andries de Graeff in 1671 opnieuw regerend burgemeester van Amsterdam werd, liet hij door Gerard de Lairesse een monumentale plafondschildering in de tuinzaal van zijn burgemeesterswoning aan de Herengracht nummer 446 aanbrengen. De Triomf der Vrede vertelt: "De Graeff heeft een duidelijke boodschap voor het plafondstuk in gedachte: de Ware Vrijheid van de Republiek wordt alleen verdedigd door de republikeinse regenten van Amsterdam. De schilderingen zijn een verheerlijking van de rol van de familie de Graeff als beschermer van de republikeinse staatsvorm, als verdediger van de Vrijheid".[3]

In 1677 werden Andries de Graeff en zijn zoon Cornelis verheven in de adel van het Heilige Roomse Rijk met de titel van rijksridder omdat, aldus het diploma, geloofwaardige getuigenissen van Amsterdamse genealogen het geslacht laten afstammen van de adellijke heren von Graben in Tirol in de buurt van Laybach in Neder-Krain.[8] De juistheid van deze afstamming wordt echter sterk betwijfeld.[9][10] Deze tak stierf spoedig uit. Een nazaat van zijn broer Cornelis de Graeff werd twee eeuwen later, in 1885, in de nieuwe Nederlandse adel verheven met het predicaat jonkheer.[11]

De Graeff (1885)

Wapen: Gevierendeeld; I en IV in rood een zilveren schop, het blad omhoog; II en III in blauw een zilveren zwaan, rood gebekt en gepoot. Een aanziende helm, blauw gevoerd; een kroon van vijf parels; dekkleden rood en zilver; helmteken, de schop van het eerste kwartier, uitkomend, waarachter drie pauwenveren van natuurlijke kleur; schildhouders twee zwanen als van het tweede kwartier, maar met geopende, naar boven gerichte vlucht en met de binnenste poot het schild houdende; het geheel geplaatst op een gouden arabesk; wapenspreuk: "MORS SCEPTRA LIGONIBUS AEQUAT" ('De dood maakt scepters en houwelen gelijk') in zwarte letters op een wit lint.[12]

De Graeff van Polsbroek: Gevierendeeld: 1 en 4 in rood een omgekeerde, zilveren schop met een gouden kroon over de steel; II en III in blauw een zilveren zwaan, goud gesnaveld en gepoot. Helm: aanziend met helmkroon. Helmteken: de schop van het schild uitkomend, getopt met drie waaiersgewijs geplaatste pauwenveren van natuurlijke kleur. Dekkleden: rechts: zilver, gevoerd van rood; links: zilver, gevoerd van blauw. Schildhouders: twee toegewende, zilveren zwanen, goud gesnaveld en gepoot, rood getongd. Wapenspreuk: MORS SCEPTRA LIGONIBUS AEQUAT. Opmerkingen: het geheel geplaatst op losse veld.[13]

Enkele telgen

[bewerken | brontekst bewerken]

Onder het ancien régime

[bewerken | brontekst bewerken]
Andries de Graeff (1639), geschilderd door Rembrandt van Rijn, Schloss Wilhelmshöhe, Kassel
Herengracht 446

Jan Pietersz Graeff (?-1553), schepen en vroedschaplid van Amsterdam; stamvader van het geslacht

Onder het Koninkrijk der Nederlanden

[bewerken | brontekst bewerken]

Jhr. Dirk de Graeff van Polsbroek (1833-1916), zaakgelastigde te Pruisen, gezant in Denemarken, Zweden en Noorwegen, en minister-resident in Japan waarbij hij een rol bij onderhandelingen tussen keizer Meiji met diverse westerse staten speelde; in 1885 verheven in de Nederlandse adel[11]

  • Jhr. mr. Andries Cornelis Dirk de Graeff (1872-1957), gouverneur-generaal van Nederlands-Indië en minister van Buitenlandse Zaken
    • Prof. jhr. dr. Jacob de Graeff (1921-1994), hoogleraar interne geneeskunde
      • Jhr. ir. Jan Jaap de Graeff (1949), voormalig dijkgraaf van Schieland, voorzitter van de Unie van Waterschappen, plaatsvervangend voorzitter van de VROM-raad, algemeen directeur van Natuurmonumenten, voorzitter van de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur en kamerheer van koningin Beatrix en koning Willem-Alexander in Den Haag/Zuid-Holland; chef de famille
  • Jhr. ir. Georg de Graeff (1873-1954), inspecteur volksgezondheid
    • Jhr. Dirk Georg de Graeff (1905-1986), kamerheer en ceremonienmeester van de Nederlandse koningin, directeur bij de Twentse Bank en managing director van de Algemene Bank Nederland; trouwde in 1942 met Wendela Johanna Leonia Hooft (1916-1948), dochter van Agathe Henriette Charlotte Marie Hooft-van Kuyk, vrouwe van ter Aa (1891-1979)
      • Jkvr. Victoria Agathe Henriette Charlotte Marie de Graeff, vrouwe van ter Aa (1945)
    • Jhr. mr. Herman Jacob de Graeff (1907-1978), bestuurder
    • Jhr. ir. Andries Cornelis Dirk de Graeff (1909-1981), directeur Shell
      • Jkvr. Catharina Willemina (Willemien) de Graeff (1937-2018), remonstrants predikante; trouwde in 1964 met Barend van Veen (1911-2014), architect
  • Jhr. mr. Cornelis de Graeff (1881-1956), ambtenaar, vennoot bedrijf
Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina De Graeff op Wikimedia Commons.