Noordse gele kwikstaart

Noordse gele kwikstaart
Vrouwtje noordse gele kwikstaart uit Siberië, overwinterend in India.
Taxonomische indeling
Rijk:Animalia (Dieren)
Stam:Chordata (Chordadieren)
Klasse:Aves (Vogels)
Orde:Passeriformes (Zangvogels)
Familie:Motacillidae (Piepers en kwikstaarten)
Geslacht:Motacilla
Soort:Motacilla flava
Ondersoort
Motacilla flava thunbergi
Billberg, 1828
Noordse kwikstaart in het gras.
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Noordse gele kwikstaart op Wikispecies Wikispecies
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Vogels

De noordse gele kwikstaart (Motacilla flava thunbergi) is een zangvogel uit de familie piepers en kwikstaarten (Motacillidae). IOC Birdnames beschouwt de vogel als een ondersoort van de (gewone) gele kwikstaart,[1] maar de noordse kwikstaart wordt ook vaak als een volwaardige soort gepresenteerd: Motacilla thunbergi.

Ze worden ongeveer 16 cm groot, even groot als de gewone gele kwikstaart, met een groenig bruine rug en heldergele buik, die bij het vrouwtje iets lichter is. Het verschil met de gewone gele kwikstaart zit in de koptekening van het mannetje. Bij de noordse gele kwikstaart ontbreekt de oogstreep. Daarentegen is de streek rond het oog donkergrijs, bijna zwart, mooi contrasterend met het geel. Deze (onder)soort komt voor van het midden van Scandinavië tot in Siberië.

Deze ondersoort is in de Lage Landen geen broedvogel. Noordse gele kwikstaarten trekken wel in klein aantal door Nederland. Vooral bij Breskens, de meest oostelijk gelegen Waddeneilanden en bij de Eemshaven worden in mei soms honderden doortrekkers per dag waargenomen. Maar door heel Nederland op vochtige grazige plaatsen zoals in de uiterwaarden van de Rijn, IJssel en de Maas, kunnen noordse gele kwikstaarten in mei gezien worden. Op de najaarstrek worden ze veel minder vaak waargenomen, mogelijk komt dit doordat ze dan minder goed te onderscheiden zijn van gewone kwikstaarten.[2]