Sedisvacantisme

Pauselijke embleem tijdens een sedisvacatie. De camerlengo vermeerdert zijn wapen met deze symbolen.

Het sedisvacantisme (sedevacantisme, sedisvacantisten, sedesvacantisten, sedevacantisten, sedisvacatio abnormalis, leegzetelaars) is een stroming onder sommige traditionalistische katholieken die zich tegen de vernieuwingen van het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) verzetten. Volgens het sedisvacantisme zijn de pausen na Pius XII, die van 1939 tot 1958 regeerde, onrechtmatige en bijgevolg ongeldige bezetters van de Heilige Stoel en het Vaticaan en bestaat er sinds 1958 een buitengewone periode van sedisvacatie. Er zijn echter ook sedisvacantisten die 1963 aannemen als beginpunt van de sedisvacantie. Ten slotte zijn er sedesvacantisten die 21 november 1964 aannemen als beginpunt van de leegheid van Petrus' Stoel.

Definitie en positie

[bewerken | brontekst bewerken]

De wereldwijd verspreide traditionalistische rooms-katholieken die de sedisvacantistische opvatting huldigen, dat er sinds de dood van Pius XII in 1958 - of sinds 1963 met de ondertekening van de constitutie Sacrosanctum Concilium en de encycliek Pacem in terris door Johannes XXIII - of 21 november 1964, datum van de volgens hen ketterse encycliek Lumen Gentium, volgens hen de eerste maal in de geschiedenis van de Kerk dat een Paus openlijk een ketterij verkondigd heeft - geen rechtsgeldige paus meer geweest is tot op heden. Deze buitengewone sedisvacatie van de Heilige Stoel is - volgens hun uitleg - tot stand gekomen door de publieke ketterij waartoe alle "conciliaire pausen" vervallen zouden zijn. Volgens deze sedisvacantisten bevatten bepaalde delen van de decreten van het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) dwalingen en ook de Nieuwe Mis (Novus Ordo Missae) van Paulus VI vinden zij ketters (neo-protestants en seculier-humanistisch). Met name worden genoemd: de principiële godsdienstvrijheid van Dignitatis humanae (veroordeeld door Pius IX met Quanta Cura), de Nieuwe-Oecumene-idee volgens Unitatis Redintegratio (volgens hen tegengesteld aan onder meer Mortalium Animos, 1928 en Mystici Corporis, 1943), de Verklaring Nostra Aetate (tegengesteld aan het eerste gebod van God), de pastorale constitutie Gaudium et Spes (tegengesteld aan het dogma "buiten de Kerk geen heil") en het heilsuniversalisme van Johannes-Paulus II (encycliek Redemptor Hominis, 1978). Samenvattend wordt er beweerd, dat het modernisme (en soms de Vrijmetselarij) via opeenvolgende onrechtmatigde conclaven beslag heeft weten te leggen op de pauselijke troon.

Het ware pauselijk leergezag (Magisterium) van de Rooms-Katholieke Kerk kan nooit dwalingen verspreiden, dus moeten de pausen sinds Pius XII, volgens het sedisvacantisme, op een of andere manier het pontificaat verloren of nooit op geldige wijze aanvaard hebben. Beroep wordt door de voorstanders van deze buitengewone Sede Vacante-positie gedaan op de bul Cum Ex Apostolatus Officio van paus Paulus IV (1556). De 16e-eeuwse Paulus IV was bang, dat een protestant tot paus gekozen zou kunnen worden. Ook wordt in het sedisvacantisme St. Robertus Bellarminus' werk De Romano Pontifice aangehaald, waarin deze kerkleraar verklaart, dat een ketterse paus automatisch zijn ambt verliest en, dat een publieke ketter nooit paus kan worden. In de Codex Iuris Canonici (kerkelijk wetboek) van 1917 verklaart canon 188, lid 4, dat "wie publiekelijk van het katholiek geloof afvalt" automatisch en zonder enige verklaring door een rechtbank zijn kerkelijk ambt en zijn kerkelijke rechtmatige ambtsuitoefening verliest. Een andere strekking aanvaardt dat een paus openlijk een ketterij kan verkondigen maar dat deze daardoor zijn pausschap door het feit zelf verliest (Priester Eric Jacqmin e.a.).

Sedisprivationisme

[bewerken | brontekst bewerken]

Een aparte substroming van het sedisvacantisme is het sedisprivationisme. De sedisprivationisten (sedeprivationisten) houden weliswaar de positie aan, dat de "concilaire pausen" formáliter geen geldige pausen waren, maar materiáliter wel de Heilige Stoel bezetten en bepaalde besluiten - bijvoorbeeld der benoemingsmacht - wel geldig zijn. Een materiële (conciliaire) paus die opnieuw formeel het katholiek geloof aanneemt, zou volgens deze these opnieuw formeel en volledig paus worden. De Thesis van Cassiciacum van professor Guérard des Lauriers O.P. (later: bisschop) is de kracht achter het sedisprivationisme. Sedisprivationisten worden echter in dit artikel gemakshalve ook sedisvacantisten genoemd, omdat de posities van sedisprivationisme en sedisvacantisme grotendeels samenvallen.

Het "pure" sedisvacantisme beweert, dat de Heilige Stoel ook niet door materiáliter-pausen bezet is, bijgevolg zijn volgens deze theorie ook de kardinaalsbenoemingen ongeldig. Voor een komend conclaaf moet derhalve worden teruggevallen op de waarlijke (traditionalistisch) rooms-katholiek gebleven bisschoppen.

Er bestaan ook Sedisvacantisten die beweren, dat de keuze van Angelo Roncalli tot paus in 1958 ongeldig was vanwege de dwang die voor het opgeven van de pauselijke troon uitgeoefend werd op kardinaal Giuseppe Siri († 1989). Siri, van wie bekend was dat hij de beschermeling van Pius XII was, zou met een meerderheid gekozen zijn. Door tussenkomst in het Conclaaf van een organisatie van buiten het Conclaaf, zouden met name de Franse kardinalen besloten hebben Siri tot troonsafstand te dwingen. Siri zou reeds gereed gestaan hebben om het volk op het Sint-Pietersplein hem toe te laten juichen. De jure zou hij nooit geldig, want onder dwang, afstand gedaan hebben van het pontificaat. Tot zijn dood in 1989 zou hij dit geheim bij zich gedragen hebben. Tegen een zekere pater Khoat schijnt Siri echter rond 1987 inderdaad toegegeven te hebben de jure (formeel) paus te zijn. Tijdens de conclaven van 1963 en 1978 (2x) zou Siri wederom gekozen zijn en wederom zijn teruggetreden onder diplomatieke druk. Kardinaal Siri heeft altijd alom bekendgestaan als een anti-modernist en hij verklaarde tegenover de media meermaals dat het eeuwen zou duren om te herstellen wat het Tweede Vaticaans Concilie had aangericht.

Gezien het feit dat Siri de nieuwe pausen na 1958 wel opzocht en gewoon bleef fungeren in zijn functie als aartsbisschop van Genua, lijkt deze these uiterst onwaarschijnlijk.

De Siri-these is relatief nieuw en werd vanaf midden jaren 90 binnen sedisvacantistische kringen steeds bekender. In de VS is de these een hot topic, sinds er in 2003 een boek van de hand van een niet-katholieke, gepensioneerde FBI-agent verscheen, die eveneens beweert dat Giuseppe kardinaal Siri gekozen werd en de naam Gregorius XVII aannam.

Een eigen positie wordt gehouden door priester Eric Jacqmin LL.B en Ph.M., die voormalig lid en tweemaal hogere overste was van de FSSPX (Nederland en Oost-Europa) met zijn vereniging "Scaturrex" (Latijn voor "fontein" of "bron"). Hij is wegens zijn stellingen uit de FSSPX gezet in 2015. Hij leert het volgende.

Volgens het Eerste Vaticaans Concilie in 1870 "is er nooit een ketterse paus geweest, maar indien een paus openlijk een ketterij zou verkondigen, zou hij automatisch zijn pausschap verliezen" (antwoord van de Theologische Commissie van het Concilie op de vraag of een paus kan ketter worden). Dat is helaas later gebeurd op 21 november 1964, met de ketterse encycliek Lumen Gentium van Paulus VI. Vermits deze tot in zijn dood in 1978 nooit op zijn veelvuldige ketterijen (officieel afgekondigd op 8 december 1964 op het einde van het tweede vatikaans concilie) is teruggekomen, is hij sinds 1964 geen paus meer. Vermits de daaropvolgende pausen al ketters waren voor hun keuze, daar ze het ketterse Vaticaan II aanvaardden, zijn er sindsdien geen pausen meer geweest.

Er zal ooit een echte paus komen op de wijze die God zal organiseren omdat het pausschap tot de Kerk behoort en ze gebrekkeloos is (geen essentieel gebrek kan hebben), op grond van de belofte van Jezus "de poorten der hel zullen Haar niet overweldigen" (Matteüs 16:13-19). Omwille van diezelfde goddelijke belofte is de Kerk ook onfeilbaar en zal ze blijven bestaan tot het einde van de wereld. Ze kan een tijd zonder paus bestaan zoals dat honderden keren is gebeurd tussen de dood van een paus en de keuze van een volgende. In die tussentijden is de zetel van Petrus leeg : "Petri sedes vacat".

Vermits de Kerk onfeilbaar is in dogmatische feiten ("of iemand paus" is, is bijvoorbeeld een dogmatisch feit) en omdat de ganse Kerk Johannes XXIII en Paulus VI na hun conclaven heeft aanvaard als paus, zijn beiden dan ook paus, de eerste tot aan zijn dood in 1963, de tweede tot aan de eerste openbare ketterij in 1964. Trouwens indien zoals vele sedesvacantisten beweren, Johannes XXIII en Paulus VI nooit pausen zouden geweest zijn, en alle gelovigen ze toen van 1958 tot 1964 erkend hebben als paus, en allen dus schismatiek zouden geweest zijn door het aanvaarden van antipausen, waar was dan de Kerk in die periode? Niemand was er dan nog katholiek, dus was de Kerk verdwenen tot het verschijnen van de eerste sedevacantist in 1967? Dat is in tegenstrijd met het eeuwig voortbestaan van de Kerk en dus een ketterse stelling. Bovendien is deze houding schismatiek omdat men echte pausen verwerpt.

Johannes XXIII was wellicht "verdacht van ketterij" onder Pius XII maar nooit veroordeeld noch uitgeworpen als ketter. Johannes XXIII was een echte paus vanaf 1958 want hij heeft nooit openlijk een ketterij verkondigd, alhoewel hij wel ketterijen bevorderde door bijvoorbeeld niet in te grijpen in dwalingen (dat heet "semi-ketterij", maar daardoor verliest een paus zijn pausschap niet, zoals bij de Pausen Liberius en Honorius). Zijn encycliek "Pacem in terris" bevat wel een ketterij in de vertalingen (bvb in de franse vertaling staat "ieder heeft recht op zijn godsdienst") maar niet in de oorspronkelijke tekst van de Paus in het Latijn ("ieder heeft recht op DE godsdienst"). Dus heeft hij nooit een openlijke ketterij geuit tot aan zijn dood.

Maar door latere uitvoerige opzoekingen bevinden en beschouwen de meeste sedevacantisten Johannes XXIII en Paulus VI als vrijmetselaars reeds voor hun pauskeuze, en op het lidmaatschap van de VM staat een automatische excommunicatie, dus konden ze geen paus zijn. Een geëxcommuniceerde staat immers buiten de Kerk, en kan dus haar hoofd niet zijn. Deze opwerping wordt weerlegd door de reglementering voor conclaven uitgevaardigd door Pius XII die alle eventuele excommunicaties van deelnemende kardinalen opheft voor het begin van een conclaaf.

Vermits alle bisschoppen en de hele kerkgemeenschap behalve enige uitzonderingen, Vaticanum II hebben aanvaard zijn ze vanaf 1965 ketters geworden, zelfs de "conservatieve" FSSP. Bovendien, door het aanvaarden van antipausen als paus worden gedoopten schismatiekers, en dat was de overgrote meerderheid in de Kerk vanaf 1965, zoals later zelfs ook de "traditionele" FSSPX.

Vermits God niet kan toelaten dat de Kerk dwaalt omwille van zijn bovenstaande belofte van onfeilbaarheid, heeft Hij in 1965 twee bisschoppen de genade gegeven om katholiek te blijven. Dat dan toch al de 2500 andere bisschoppen die ketterijen hebben aanvaard samen met honderdduizenden priesters en ongeveer een miljard katholieken in 1965 is een ongezien dramatisch en apocalyptisch feit.

Nochtans is die massale geloofsafval inderdaad mogelijk. God heeft nooit een belofte gedaan over de hoeveelheid gelovigen, integendeel, Jezus zei: "zal Ik nog geloof vinden op aarde als Ik terugkom". In 2 Tess. 2:3-4 is er sprake van een grote geloofsafval. De enigen die katholiek zijn gebleven sinds 1965 waren Aartsbisschoppen Mgr Marcel Lefebvre en Mgr Castro de Mayer met hun aanhang, priesters en gelovigen wereldwijd.

Mgr Lefebvre weigerde Paulus VI echter antipaus te verklaren na het overlijden van deze laatste in 1978, ook al was Mgr Lefebvre overtuigd sedevacantist, maar hij weigerde dat openlijk te verklaren omdat hij vreesde teveel aanhangers te verliezen. Paulus VI heeft nooit zijn ketterijen afgezworen (hij zou zo zijn pausschap teruggekregen hebben - volgens de Kerkvaders o.a. Rufinus), dus is Paulus VI in 1978 met terugwerkende kracht als antipaus te verklaren en te beschouwen wegens publieke en hardnekkige ketterijen. Dus sinds 1978 zijn Mgr Lefebvre, zijn congregatie FSSPX en andere volgelingen, schismatiek geworden. Inderdaad wie een antipaus als paus aanvaardt is schismatiek. Mgr Fellay, de latere algemeen overste van de FSSPX gaat nog verder en sluit menige overeenkomsten met Rome, zodat hij semi-ketters wordt. Inderdaad volgens een onfeilbaar document het "Formulier van de Heilige Paus Hormisdas" wordt iemand semi-ketters door vriendschappelijk banden te onderhouden met ketters, behalve om ze te bekeren.

Priester E.J. heeft nog willen samenwerken met Mgr Richard Williamson, die de FSSPX had verlaten wegens hun overeenkomsten met Rome, maar deze bisschop verwerpt a priori het sedevacantisme, en heeft afwijkend gedrag, zodat samenwerking niet mogelijk is.

Nochtans "Niemand staat boven de paus" is een algemeen aanvaard principe, dus niemand kan een paus veroordelen. Maar de uitzondering, die uitdrukkelijk door de Traditie wordt aangegeven en duidelijk vermeld staat in het decreet van Gratianus, is juist dat de Kerk wél kan oordelen "als ze vaststelt dat een paus van het geloof is afgeweken". Het "gezonde deel" van de Kerk, vooral de bisschoppen, stelt dan vast dat God Zelf de ketterse paus heeft veroordeeld en afgezet : "indien ge niet geloofd zijt ge reeds veroordeeld (door God)" zei Jezus (Johannes 3:16-23).

Vermits de Kerk ook gebrekkeloos is (de "indefectibilitas" van de Kerk is een dogma), kan de Kerk ook niet het recht, de plicht en de mogelijkheid verliezen om zich een paus te kiezen. Maar vermits er geen kardinalen meer zijn (allen ketters) is door het "principe van devolutie" (dixit o.a. Kardinaal Billot) dit recht van conclaaf neergedaald op het college van bisschoppen, het hoogste actueel gezag in de Kerk. Alle huidige katholieke (dus sedevacantistische) bisschoppen eensgezind, hebben de macht om een paus te kiezen. Dit "conclavisme" staat in tegenstelling met alle ander "wild" conclavisme (zie verder in dit artikel) dat onrechtmatig wordt uitgeoefend door een deel van de Kerk en dus schismatiek is. De totaliteit van de huidige katholieke (sedesvacantistische) bisschoppen is er nog niet toe gekomen dit recht te aanvaarden noch uit te voeren.

Trouwens zo oefent de Kerk ook haar onfeilbaarheid uit, die ze ook nooit kan verliezen: door de eensgezindheid van alle huidige katholieke bisschoppen (geldig gewijde en niet ketters). Dit is een wijze van uitoefening van het "Universeel Gewoon Magisterium", hetgeen onfeilbaar is.

Zoals u elders in dit artikel kan lezen worden deze opvattingen van priester E.Jacqmin niet gevolgd door de meeste sedevacantisten , maar ze wint wel meer aanhang wegens de samenhang, de volledigheid en de argumentatie. De grootste steen des aanstoots van deze opvattingen is het uiterst kleine getal van de huidige aanhangers. Dat wordt dan weer aanvaardbaar gemaakt door te verwijzen naar talrijke profetieën van heiligen over deze tijden en Apocalyps hoofdstuk 12 waar "de Vrouw (Maria) zwanger is van een foetus", die Jezus is, maar niet Jezus-fysiek vermits dat al gebeurd is tweeduizend jaar geleden, maar van Jezus-mystiek namelijk de Kerk : een embryo is inderdaad de kleinst mogelijke gestalte van een menselijke persoon.

Ze geloven trouwens in de spoedige komst van "een grote monarch" en "een grote paus", door goddelijke tussenkomst, ook veelvuldig voorspeld in de geschiedenis van de Kerk.

De sedisvacantisten kenmerken zich door het strikte vasthouden aan de Tridentijnse liturgie volgens het missaal van paus Pius V. De H. Mis wordt uitsluitend in het Latijn opgedragen (uitzondering: lezingen en preek). In deze missen wordt niet voor de huidige paus gebeden (niet una cum), wegens zijn vermeende ongeldigheid.

In publicaties wordt vaak felle polemiek bedreven tegen de "conciliaire kerk" (Kerk sinds het Tweede Vaticaans Concilie) en de "niet-pausen" Paulus VI, Johannes-Paulus I, Johannes-Paulus II, Benedictus XVI en Paus Franciscus.

De bisschoppen onder de sedisvacantisten gaan voornamelijk terug op de wijdingslinie van Pierre-Martin Ngo Dinh Thuc, emeritus-aartsbisschop van Hué in Vietnam en broer van de geëxecuteerde Zuid-Vietnamese president Ngo Dinh Diem († 1963). Thuc verklaarde in 1982 in München publiekelijk, dat de Heilige Stoel vacant en Johannes-Paulus II van het katholiek geloof afgevallen is en dus geen rechtsgeldige paus. In 1981 wijdde hij professor en priester Michel Louis-Bertrand Guérard des Lauriers O.P. († 1988) tot bisschop. (Guérard des Lauriers was onder Pius XII een bekende anti-modernistische professor aan de pauselijke Lateranenuniversiteit.) Thuc wijdde hierna nog twee Mexicaanse priesters in 1982 tot bisschop (Moises Carmona, Alfredo Zamora) en kort daarna wijdde hij nog eens twee Amerikaanse priesters (Louis Vezelis O.F.M., George Musey) tot bisschop. Hij werd voor deze bisschopswijdingen vanwege het Vaticaan geëxcommuniceerd. Joseph kardinaal Ratzinger publiceerde de excommunicatie op officiële wijze.

De rooms-katholieke emeritus-bisschop van Arecibo, Alfred Mendez-Gonzalez, wijdde in 1993 mgr. Clarence Kelly tot bisschop voor de de-facto sedisvacantistische Sociëteit van Sint Pius V.

De bisschopswijdingen volgens het nieuwe Pontificale Romanum (18 juni 1968, ingevoerd 1 april 1969) van Paulus VI achten de sedisvacantisten vrijwel unaniem ongeldig of op zijn minst als twijfelachtig (zie de studie Rore-sanctifica).

De meeste sedisvacantisten gaan ervan uit, dat de Kerk van Christus simpelweg voor de eindtijd beproefd wordt en, dat zij de tijd van de "grote geloofsafval" (apostasía, apostasy) die voorafgaat aan de eindstrijd, de antichrist-persoon en de wederkomst van Jezus-Christus beleven, zoals door de apostel Paulus beschreven in de Tweede Brief aan de Thessalonicenzen (2 Thess.). Er wordt van uitgegaan, dat op een dag opnieuw een rechtsgeldige paus zal verschijnen en, dat hij de Rooms-Katholieke Kerk zal herstellen en zuiveren van alle theologische en liturgische dwalingen.

Sedisvacantisme in België en Nederland

[bewerken | brontekst bewerken]

Sedisvacantisme wereldwijd

[bewerken | brontekst bewerken]

Vooral in de Verenigde Staten, Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Frankrijk, Mexico, Argentinië en Italië zijn de sedisvacantisten relatief sterk vertegenwoordigd. Er bestaan diverse sedisvacantistische seminaries over de gehele wereld. In Italië is het seminarie van het Istituto Mater Boni Consilii gevestigd te Verrua-Savoia. In München bestaat het Priesterseminar Heilig Blut. In de Verenigde Staten is de Congregatie van Maria Onbevlekte Koningin gevestigd, die in 1969 met instemming van de lokale bisschop opgericht werd. Verder bestaan er de Priesterbroederschap St. Pius V van Clarence Kelly en Most Holy Trinity Seminary van wijlen Anthony Cekada, wijlen Daniel L. Dolan en Mgr. Donald J. Sanborn. Er bestaan verder ook losse verbanden van oude parochiepriesters in Frankrijk, Italië, Oostenrijk etc. die het sedisvacantisme voorstaan. Inmiddels werden er ook diverse kloosters en priorijen opgericht door geestelijken die het sedisvacantisme aanhangen. De stroming lijkt zich wereldwijd in een groeiontwikkeling te bevinden. Jaarlijks worden er nieuwe priesters gewijd en nieuwe kapellen gesticht.

Bekende sedisvacantisten

[bewerken | brontekst bewerken]

Een bekende sedisvacantist is acteur Mel Gibson, wiens vader Hutton een van de leken-grondleggers van het sedisvacantisme was. Recentelijk wijdde een sedisvacantistische priester bij Gibsons villa in Californië een kapel voor de Tridentijnse liturgie in.

In Italië zijn belangrijke politici van het rechtse Lega Nord en de partij Forza Italia sedisvacantist. In Frankrijk zijn er enige politici van het Front National sedisvacantist.

Andere bekende namen zijn: Johannes Rothkranz, Günther Storck, Louis Hubert Remi en Eberhard Heller.

Traditionalisme en conclavisme

[bewerken | brontekst bewerken]

Ten onrechte wordt aan de Priesterbroederschap St. Pius X door de media en een deel van de katholieke pers een Sedisvacantistische opvatting toegeschreven. Deze priesterbroederschap verzet zich echter tegen het sedisvacantisme en zette in 1983 negen Amerikaanse priesters uit haar gelederen, omdat zij weigerden Johannes-Paulus II als geldige paus te erkennen. Feit blijft echter, dat van de gelovigen in de kapellen van de priesterbroederschap een klein deel (heimelijk) sedisvacantist is. Voor deze sedisvacantisten is de priesterbroederschap de dichtstbijzijnde organisatie die geldige rooms-katholieke sacramenten toedient (volgens de oude Latijnse riten).

Ook wordt het sedisvacantisme frequent, ten onrechte, geassocieerd met onder meer de sekte Palmariaans-Katholieke Kerk van tegenpaus Gregorius XVII (1978-2005) ('ziener' Clemente Domínguez y Gómez) in El Palmar de Troya, Spanje. Deze antipaus beweerde door de Maagd Maria in een verschijning te El Palmar de Troya (bij Sevilla, Spanje) te zijn aangewezen om Paulus VI (1963-1978) op te volgen. Reeds in 1976, twee jaar voor de dood van paus Paulus VI, wijdde de bovengenoemde aartsbisschop Ngo Dinh Thuc de later blinde 'ziener' en 'wonderdoener' Gómez tot bisschop. Mgr Thuc was teleurgesteld door de sectaire ontwikkeling van de groep, zwoer deze "grote fout" later openlijk af, deed boete, en verwierp Gómez en diens "Palmariaans-Katholieke Kerk" onmiddellijk, zeker nadat Gómez zichzelf tot 'paus' had laten kronen. Deze kleine groep conclavisten in Palmar de Troya was bovendien vóór 1978 niet het sedisvacantisme toegedaan, maar hing helemaal af van de niet-erkende "Maria"-verschijning van Palmar de Troya en bleef Paus Paulus VI als paus erkennen. In Palmar de Troya ontstond een gigantisch grote, kostbare en prachtige kathedraal die geheel dichtgemetseld is en enkel door aanhangers van de palmariaanse sekte betreden mag worden. Tegenpaus Gregorius XVII (Clemente Domínguez y Gómez) veranderde het Credo, voerde er een nieuwe palmariaanse liturgie in, benoemde jongens tot kardinaal en kondigde allerlei nieuwe dogma's af. In 2005 stierf Clemente Domínguez y Gómez en werd door een van zijn kardinalen opgevolgd. De sekte van Palmar de Troya is inmiddels aangeklaagd wegens pedofilie en homoseksuele schandalen. De palmarianen waren zoals vermeld echter voor 1978 nooit sedisvacantisten noch verbonden met sedisvacantisten: zij erkenden Paulus VI (1963-1978) en vereerden deze zelfs, terwijl de sedisvacantisten hem verwerpen. En ook nu zijn zij het niet: zij hebben hun eigen paus, terwijl sedisvacantisten van een lege zetel in Rome uitgaan.

Enige zeer kleine groepjes sedisvacantisten (10 à 15 personen) zijn echter in de jaren 80 en 90 eveneens overgegaan tot het kiezen van een eigen paus. Zij werden zo net als de sekte van Palmar de Troya conclavisten. Zo bestaat het Kansas-Vaticaan van tegenpaus Pius XIII sinds 1998. Er zijn de laatste decennia enige tientallen zelfbenoemde antipausen geweest (Gregorius XVII, Linus II sinds 1994, Pius XIII, Michael I).

Alle huidige sedisvacantisten, op enige tientallen na, verwerpen deze tegenpausen uitdrukkelijk en willen de terugkeer van een 'traditioneel-katholieke' paus op de Heilige Stoel in Rome.

[bewerken | brontekst bewerken]