Musculus masseter
Wangkauwspier | ||||
---|---|---|---|---|
Musculus masseter | ||||
Spier | ||||
Synoniemen | ||||
Oudgrieks | μασητήρ μῦς[1] | |||
Nederlands | kauwspier[2][3][4] | |||
Indeling | ||||
Hoort bij | kauwspieren | |||
Functie | sluiten van de mond en de onderkaak | |||
Gegevens | ||||
Origo | jukbeen | |||
Insertie | tuberositas masseterica bij de angulus mandibulae | |||
Zenuw | nervus mandibularis | |||
|
De musculus masseter[5] of wangkauwspier[6] is een van de kauwspieren[5] en is ervoor om de mond en de onderkaak mee te sluiten.[7] De musculus masseter loopt evenwijdig met de musculus pterygoideus medialis, maar is veel sterker.
De musculus masseter is verdeeld in een oppervlakkig deel, Latijn: pars superficialis musculi masseteris, en een diep deel, Latijn: pars profunda musculi masseteris.[5] De vezels van het oppervlakkige deel verlopen schuin. Het diepe deel ontspringt met loodrechte vezels aan het binnenvlak van de processus zygomaticus van het slaapbeen en ook van de fascia temporalis. De musculus masseter wordt geïnnerveerd door de nervus massetericus en de nervus mandibularis.[7]
Klinische relevantie
[bewerken | brontekst bewerken]De spier kan bij patiënten die tandenknarsen, bruxisme, of bij mensen die constant kauwen worden vergroot. Deze masseter hypertrofie is meestal asymptomatisch en komt meestal bilateraal voor, maar het kan ook aan één kant voorkomen. Door de toename in spiermassa, kan het gezicht een zekere asymmetrie tonen. Deze toestand kan in de kliniek worden verward met ziekte van de oorspeekselklier, tandinfecties en maxillofaciale neoplasmen.
Kauwspieren
[bewerken | brontekst bewerken]De mens heeft vier kauwspieren.
- Musculus masseter
- Musculus pterygoideus lateralis
- Musculus pterygoideus medialis
- Musculus temporalis
- ↑ Liddell, H.G. & Scott, R. (1940). A Greek-English Lexicon. revised and augmented throughout by Sir Henry Stuart Jones. with the assistance of. Roderick McKenzie. Oxford: Clarendon Press.
- ↑ Pinkhof, H. (1923). Vertalend en verklarend woordenboek van uitheemsche geneeskundige termen. Haarlem: De Erven F. Bohn.
- ↑ Raven, C.P. (1959). Anatomische atlas. Ten gebruike bij het onderwijs aan verplegenden en bij de opleiding voor eerste hulp bij ongelukken. Amsterdam: Scheltema & Holkema N.V.
- ↑ Everdingen, J.J.E. van, Eerenbeemt, A.M.M. van den (2012). Pinkhof Geneeskundig woordenboek (12de druk). Houten: Bohn Stafleu Van Loghum.
- ↑ a b c Federative Committee on Anatomical Terminology (FCAT) (1998). Terminologia Anatomica. Stuttgart: Thieme
- ↑ Broek, A.J.P. van den, Boeke, J & Barge, J.A.J (1954). Leerboek der beschrijvende ontleedkunde van de mens. Deel I. Geschiedenis der ontleedkunde, bewegingsorganen, vaatstelsel (8ste druk). Utrecht: N.V. A. Oosthoek’s Uitgeverij Mij.
- ↑ a b Putz, R. & Pabst, R. (Red.) (2000). Sobotta. Atlas van de menselijke anatomie. Deel 1. Hoofd, hals, bovenste extremiteit. (2de druk). Houten/Diegem: Bohn Stafleu Van Loghum.