Robert Schuman
Robert Schuman | ||||
---|---|---|---|---|
Termijn | Afgevaardigde (1919-1940; 1945-1962) | |||
Departement | Moselle (57) | |||
Parlementaire groep | ERD (1919-1924) URD (1924-1928) Indépendants (1928-1932) DP (1932-1940) MRP (1945-1958) RPCD (1958-1962) | |||
Handtekening | ||||
Tijdvak | Derde Franse Republiek - Vierde Franse Republiek - Vijfde Franse Republiek | |||
|
Jean-Baptiste Nicolas Robert (Robert) Schuman (Luxemburg (stad), 29 juni 1886 - Scy-Chazelles, 4 september 1963) was een Frans christendemocratisch politicus.
Schuman lanceerde als minister van Buitenlandse Zaken samen met Jean Monnet (adviseur en kabinetschef) in 1950 het Schumanplan dat een Frans-Duitse verzoening beoogde en uiteindelijk leidde tot de oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS), die gezien kan worden als de voorloper van de latere Europese Gemeenschappen. Hij wordt nu nog altijd gezien als een van de stichters van de Europese Unie.
Tot 1919 bezat hij als ingezetene van Lotharingen de Duitse nationaliteit. Vanaf 1912 was hij advocaat te Metz en vanaf 1919 lid van de Franse Kamer. [1]
Tijdens de Tweede Wereldoorlog week hij uit hij naar Beaupont. Hij vond er onderdak in het Weeshuis van Sint-Jozef (Orphelinat de Saint Joseph).
Tijdens de Vierde Franse Republiek was Schuman tweemaal premier van Frankrijk, de eerste keer van 1947 tot 1948 en daarna nog eens in 1948 zelf (tussen beide ambtsperioden was André Marie korte tijd premier van Frankrijk). Als vroom rooms-katholiek christen leefde de altijd ongehuwd gebleven Schuman celibatair. Zijn katholicisme kenmerkte zich verder door een intensief gebedsleven maar inspireerde hem ook tot zijn ambitie om na de Tweede Wereldoorlog de voormalige vijanden Frankrijk en Duitsland, van wie hij de beide culturen liefhad, op politiek vlak te verzoenen.[2]
Onder druk van de Franse nationalisten moest Schuman zijn ministerschap beëindigen. Hij wijdde zich daarna voornamelijk aan de Europese beweging, waarvan hij in 1955 president werd. In 1958 werd hij met algemene stemmen als eerste gekozen tot voorzitter van het Europese Parlement (de 'Algemene Vergadering' van de Europese Gemeenschappen); In 1960 werd hij erevoorzitter. [3]
Hij overleed in zijn bescheiden woning in Lotharingen. In zijn dorp Scy-Chazelles staat hij nog in hoog aanzien. Er is een Schuman-museum opgericht en al decennia lang proberen dorpelingen hem zalig te laten verklaren.[4] Op 19 juni 2021 werd een door paus Franciscus ondertekend decreet door de Heilige Stoel gepubliceerd[5], waarin de rooms-katholieke kerk erkent dat hij op heldhaftige wijze een deugdzaam leven heeft geleid. Zijn kerkelijke titel luidt daarmee: "Eerbiedwaardige", de eerste fase op weg naar de heiligverklaring.
In Nederland ontving hij in 1952 een eredoctoraat van de Katholieke Economische Hogeschool, de voorloper van de huidige Universiteit van Tilburg. In Groningen, Utrecht en Maastricht zijn straten naar hem vernoemd.
- Geboortehuis van Robert Schuman
- Schuman in de Franse ambassade in Washington in 1949
- Graf van Robert Schuman in Scy-Chazelles
- ↑ Visum (samengesteld door de redactie van de Winkler Prins Encyclopedieën) - Moderne Gezinsencyclopedie deel 7 (S-T-U), 1967, Amsterdam/Brussel - Elsevier, blz 69
- ↑ Margriet Krijtenburg: Schuman's Europe: His frame of reference, dissertatie Leiden, 2012
- ↑ Visum (samengesteld door de redactie van de Winkler Prins Encyclopedieën)- Moderne Gezinsencyclopedie deel 7 (S-T-U), 1967, Amsterdam/Brussel - Elsevier, blz 69
- ↑ The museum of Robert Schuman in Scy-Chazelles. Gearchiveerd op 13 mei 2018. Geraadpleegd op 13 mei 2018.
- ↑ (en) Persverklaring Vaticaan. Vatican website (19 juni 2021). Geraadpleegd op 20 juni 2021.
Voorganger: Paul Ramadier | Premier van Frankrijk Kabinet-Schuman I 1947-1948 | Opvolger: André Marie |
Voorganger: André Marie | Premier van Frankrijk Kabinet-Schuman II 1948 | Opvolger: Henri Queuille |
Voorganger: Georges Bidault | Minister van Buitenlandse Zaken van Frankrijk 1948-1953 | Opvolger: Georges Bidault |
Voorganger: - | Voorzitter van het Europees Parlement 1958-1960 | Opvolger: Hans Furler |